Radiotherapie
Bij radiotherapie worden de kwaadaardige cellen vernietigd met radioactieve straling. Deze straling wordt met bestralingsapparatuur toegediend. Ook is het mogelijk om stoffen die radioactiviteit afgeven tijdelijk in het lichaam te brengen, dit heet brachytherapie. Radiotherapie word meestal toegepast in combinatie met chirurgische ingrepen, of met chemotherapie. Bovendien wordt radiotherapie toegepast in gebieden waar chirurgische therapie onmogelijk is of voor teveel bijwerkingen zorgt.

Nadelen / bijwerkingen van radiotherapie
- Huidklachten
- Verbrandingsverschijnselen
- Moeheid die soms jaren kan aanhouden
- Verzwakt het immuunsysteem
- Bij patiënten die worden bestraald in het hoofd/hals gebied ontstaan vaak problemen aan de speekselklieren
- Bij longkankerpatiënten ontstaat vaak schade aan de slokdarm
- Bij prostaatkankerpatiënten ontstaat vaak schade aan de endeldarm

Verpleegkundige aandachtspunten bij de uitwendige bestraling
- Controleer of de zorgvrager goed geïnformeerd is over de therapie en de gevolgen ervan.
- Vertel de zorgvrager waar de bestralingen plaats vinden. Als de bestraling in een extern centrum plaats vind, geef je uitleg over het vervoer van en naar het centrum en over de gang van zaken.

Na de bestraling informeer je de zorgvrager over de effecten die de bestraling heeft op de huid en geeft de volgende adviezen:
- Houd de bestraalde huid droog en spoel eventueel met water. Gebruik geen zeep, en dep de huid droog.
- Gebruik op de bestraalde huid geen crèmes of zalven.
- Zorg dat de viltstift markering die bij bestraling op de huis wordt aangebracht, er niet wordt afgewassen.
- Plak geen pleisters op de huid.
- Vermijd stugge, schurende en knellende kledingstukken op de bestraalde huid.
- Ga tijdens de bestraling niet zonnen en ga niet onder de zonnebank.
- Let op huidbeschadigingen en geef deze altijd door aan de arts.
- De zorgvrager dient voldoende rust te nemen, goed te eten en vooral goed te drinken.

Inwendige bestraling (brachytherapie)
Voor inwendige bestraling worden zorgvragers meestal opgenomen in het ziekenhuis, op een speciale afdeling met eenpersoonskamers. Hier zijn maatregelen getroffen om te voorkomen dat er besmetting met radioactiviteit plaatsvind. Bij inwendige bestraling kan een radioactieve stof in het lichaam worden gebracht om op de plaats van de tumor zijn werk te doen. Hierbij moeten alle persoonlijke contacten vermeden worden , om besmetting te voorkomen.
- Als verpleegkundige heb je een coördinerende taak.
- De nazorg word afgestemd op de specifieke problemen ten gevolge van de behandeling